Uitleg leerlijnen, onderwerpen en activiteiten

Kleuterkracht werkt met leerlijnen, onderwerpen en activiteiten.

Inleiding

Wij gebruiken de onderstaande leerlijnen in onze Kleuterkracht Pakketten en Thema’s. Iedere leerlijn wordt opgezet via een onderwerp, bijvoorbeeld “In de Tuin”. De onderwerpen bestaan weer uit activiteiten, bijvoorbeeld “les 1.1 Jan de Tuinman Sessie 1”. Pas als een onderwerp voor alle leerlijnen gereed is, dan bieden wij het aan als een thema.

In de Kleuterkracht Pakketten A en/of B staan een aantal leerlijnen en per leerlijn alle beschikbare onderwerpen. 

  • Kleuterkracht Pakket A bestaat uit de  leerlijnen:
    Fonemisch bewustzijn, fonologisch bewustzijn en woordenschat. 
  • Kleuterkracht Pakket B bestaat uit de  leerlijnen:
    Tekstbegrip, eindrijm, alfabetisch principe en functioneel lezen en schrijven.
  • Kleuterkracht Pakket AB bevat alle leerlijnen.

De leerlijnen

De leerlijnen zijn afgestemd op de SLO doelen

De activiteiten binnen de leerlijn tekstbegrip zijn gebaseerd op de ideeën van close-reading. Drie achteréénvolgende dagen staat de tekst centraal. Iedere keer wordt er dieper op de tekst ingegaan. Met de leerlijn tekstbegrip ga je aan het werk met de volgende activiteiten:
  • Teksten samenvatten/navertellen a.h.v. afbeeldingen
  • Teksten samenvatten/navertellen a.h.v. de wie-wat-waar vraag
  • Teksten samenvatten/tekenen a.h.v. sleutelwoorden
  • Vragen over de tekststructuur en woordenschat beantwoorden
  • Vragen rondom de hoofdpersoon beantwoorden
  • Vragen over belangrijke details beantwoorden
  • Bedoelingen van de schrijver beargumenteren
  • Een mening over de tekst geven.
Rijmen heeft een positief effect op de taalontwikkeling van kinderen. Kinderen worden zich bewust van klanken door veel te rijmen en gaan klanken hierdoor ook sneller herkennen. Met de leerlijn eindrijm ga je aan de slag met de volgende activiteiten:
  • Rijmzinnen afmaken
  • Aangeven of woorden rijmen
  • Rijmwoorden bedenken
  • Het schrijven van een elfje of gedichtje.
Bij fonemisch bewustzijn gaat het om de klanken van de letters. De kinderen hoeven het symbool van de letter niet te kennen. Je biedt alleen die lessen aan, die passen bij het niveau van je groep. Met de leerlijn fonemisch bewustzijn ga je aan de slag met de volgende activiteiten:
  • Isoleren van klanken in een woord
  • Auditieve synthese en analyse
  • Manipuleren met klanken, zodat nieuwe woorden ontstaan
  • Lezen van wisselrijtjes ( B3-M3-E3)
Fonologisch bewustzijn leert kinderen te kijken naar de vorm van woorden, los van de betekenis. Het kritisch kunnen luisteren naar woorden en het bewust worden van klankgroepen. Als er nog onvoldoende fonologisch bewustzijn is, zal het fonemisch bewustzijn zich ook minder goed ontwikkelen. Je biedt alleen die lessen aan, die passen bij het niveau van je groep. Met de leerlijn fonologisch bewustzijn ga je aan het werk met de volgende activiteiten:
  • Bewust maken van samengestelde woorden
  • Auditieve informatie opslaan: zoals woordenreeksen nazeggen
  • Woorden opdelen in klankgroepen
  • Het aantal woorden in een zin kunnen aangeven
  • Leesteksten B3-M3-E3

Alfabetisch principe houdt in, dat de klanken (fonemen) van een woord overéénkomen met de weergave van deze klank in letters (grafemen). Wanneer kinderen het alfabetisch principe ontdekken, zien ze in, dat er een verband is tussen hoe je woorden uitspreekt en hoe woorden geschreven zijn. Met de leerlijn alfabetisch principe ga je aan het werk met de volgende activiteiten:

  • Herkennen van letters uit de (eigen)naam
  • Oefenen van letters
  • Aanbod van een nieuwe letter
  • Woorden lezen
  • Spellingcategorieën
  • Dobbelsteen lezen
  • Flitsoefeningen.

De belangrijkste didactische basisregel voor het leren van woorden is: het leren van een woord zal niet in één keer gebeuren. Het uitgangspunt van de lessen bij de leerlijn woordenschat is “de 4-takt strategie”.

Stap 1 / Voorbewerken: het activeren van de voorkennis; het betrokken raken.
Stap 2 / Semantiseren: de betekenis van het woord wordt verduidelijkt.
Stap 3 / Consolideren: het inoefenen en onthouden van de woorden.
Stap 4 / Controleren: controleren of het kind de woorden passief dan wel actief heeft onthouden.

Met de leerlijn woordenschat ga je aan de slag met de volgende activiteiten:

  • Voorkennis ophalen
  • Woordbetekenis
  • Categoriseren
  • Diepere woordbetekenis
Kinderen willen al vroeg functionele tekstjes schrijven, zoals briefjes, lijstjes, berichtjes, eigen naamkaartje of een zelfgemaakt boek. In projecten en activiteiten kunnen kinderen zelf de functie en noodzaak van schrijven ontdekken. In de schrijfhoek schrijven kinderen vanuit eigen behoeften. Met de leerlijn functioneel lezen en schrijven ga je aan de slag met de volgende activiteiten:
  • Schrijven van korte teksten, briefjes, verlanglijstjes, boodschappenlijstjes
  • Maken van een woordweb
  • Folders maken, verslagen schrijven.